Het leed dat fusie heet

Geerten Waling

Bestuurlijk Nederland is sinds de jaren tachtig in de ban van een verwoestende religie, die van de schaalvergroting. Kleinschalig was opeens kneuterig, niet meer van deze tijd. Almaar groter werd het dogma van bestuurders en politici. Kleine scholen moesten opgaan in grote, anonieme scholengemeenschappen, zelfstandige ziekenhuizen zijn zeldzaam geworden. Als zeloten stichtten bestuurders in de publieke sector hun kalifaat van grootschaligheid.

Pijnlijk voelbaar is dit bij gemeenten. Een eeuw geleden had Nederland 3 miljoen inwoners in meer dan 1.200 gemeenten. Okay, dat was wat veel, in sommige gemeenten zat het halve dorp in de gemeenteraad. Omwille van de effectiviteit zijn gemeenten samengevoegd. Fusies moesten de lokale overheid meer slagkracht geven. Was deze ‘herindeling’ in zekere mate logisch en nodig, de religie van de schaalvergroting bleek niet meer te stuiten. Zo kan het dat Nederland tegenwoordig zes keer zoveel inwoners heeft als een eeuw geleden, in bijna een kwart van het aantal gemeenten: 355.

Het resultaat: monstergemeenten. Neem Südwest-Fryslan: 89 ‘kernen’, waarvan 6 van de 11 Friese steden en maar liefst 83 dorpen, met een totale oppervlakte van meer dan 900 vierkante kilometer. Ruim vier keer Amsterdam. Hollands Kroon, een fusiegemeente in de kop van Noord-Holland, bestrijkt 662 vierkante kilometer. Dit zijn halve provincies. Dat lijkt efficiënt, maar onderzoekers van het Groningse onderzoeksinstituut COELO hebben aangetoond dat fusies geen structurele bezuinigingen opleveren en dat ook de kwaliteit van de dienstverlening niet verbetert. Wat wél verbetert, is de carrière van bestuurders: burgemeesters en wethouders kunnen zich in een grotere gemeente beter profileren voor toekomstige baantjes.

De fusiedrift is intussen een aanslag op de herkenbaarheid en toegankelijkheid van het lokale bestuur. Terwijl dat van oudsher dicht bij de burgers stond, zijn de steeds professionelere, hoogopgeleide bestuurders en ook gemeenteambtenaren op grote afstand van de samenleving komen te staan. Hoe groter de gemeente, hoe lager de opkomst bij verkiezingen (vooral in fusiegemeenten) en hoe lager ook het vertrouwen van burgers in de lokale overheid.

Hoewel ook minister van Binnenlandse Zaken Kajsa Ollongren (D66) gelooft in schaalvergroting, heeft zij één goede stap gezet. Haar nieuwe ‘beleidskader’ van eerder dit jaar regelt dat van gemeentefusies alleen nog sprake is als de gemeenteraden ermee instemmen. Absurd dat ‘herindeling van onderop’ nu pas beleid wordt, nadat zo veel gemeenten van hogerhand zijn opgeheven tegen de zin van de gemeenteraad. In referenda stemmen inwoners steevast in grote meerderheid tegen fusie. Tevergeefs.

Liever vertrouwen bestuurders op dure adviesbureaus, die in rapporten waarschuwen voor de gebrekkige ‘bestuurskracht’ en ‘concurrentiepositie’ van kleine gemeenten. Het is veelal knip- en plakwerk, met als conclusie dat er vooral ‘meer onderzoek’ moet komen - door hetzelfde bureau uiteraard.

Het helpt ook niet dat de landelijke overheid onder het mom van ‘decentralisatie’ een karrenvracht aan hoofdpijndossiers over de schutting heeft gegooid bij de gemeenten. Jeugdzorg, werkgelegenheid, de Wet maatschappelijke ondersteuning: gemeenten mogen het opknappen. Met minder geld en minder expertise.

Het gevolg: een verdubbeling van het aantal daklozen, meer ‘verwarde personen’, meer mensen met schulden... Dit beleid ruïneert aantoonbaar de levens van burgers, maar bestuurders vinden er een mooi argument in om gemeenten op te heffen: jullie kunnen dit niet aan, fuseren maar!

De fusies gaan nog steeds door, zelfs al wegen de voordelen niet op tegen de nadelen. Nooit komt het eens tot schaalverkleining. Een monstergemeente waarin de samenhang zoek is en het beleid verslechtert, kan zich beter opsplitsen, maar dat gebeurt niet. Bestuurders lijken niet geïnteresseerd in de ideale maat voor lokaal bestuur. En daarmee ook niet in de steeds grotere kloof die gaapt tussen hen en de burgers. De religie van de schaalvergroting heeft altijd het laatste woord.

Bron: Elsevier Weekblad 2 november 2019

Nieuws

Zuidelijk rondweg oplossing voor N224? [10 september]
GBS heeft in de Opinieronde van september 2023, bij het bespreken van het verkeersonderzoek Scherp...

Raadslid René Inkenhaag [28 augustus]
Sinds de gemeenteraads-verkiezingen zijn in de raadszaal heel wat nieuwe gezichten te zien. Wie ...

12,5 jaar GBS - Interview Scherpenzeelse krant, maart 2023 [3 maart]
‘Als lokale partij hoef je je niet te conformeren aan landelijke stokpaardjes’ Prak...

GBS bestaat 12,5 jaar, bedanken Henk Brons en Bert van Ginkel [27 februari]
GemeenteBelangen Scherpenzeel bestaat 12,5 jaar. Bij het jubileumfeestje afgelopen weekend wer...

Wethouders staan in de start blokken [23 juni]
  Klik hier voor het lezen van het volledige bestuursakkoord. Veel plezier! Ze kunnen haa...